Verbetering van de functie van het LV door resynchronisatie van de elektrische activatie van alle segmenten van het myocard in het LV.
Preventie van plotse dood door automatische snelle detectie en poging tot terminatie van ventriculaire aritmieën (VT/VF) met een inwendige elektrische shock. Bij bradycardie zal een ICD het hart stimuleren zoals een pacemaker.
Trials: MIRACLE, COMPANION, CARE-HF, REVERSE, MADIT-CRT, RAFT
Trials: MADIT, MADIT-II, DEFINITE, SCD-HeFT
HFrEF met een LVEF ≤ 35 % en symptomatisch hartfalen (NYHA II of III) ondanks optimale medicamenteuze behandeling en een van de volgende situaties:
Er is een strikte indicatie voor CRT als ook:
CRT is ook sterk te overwegen als ook:
Bij patiënten met VKF als onderliggend hartritme zijn de resultaten met CRT minder overtuigend. Indien het QRS ≥ 150 ms is en zeker als het QRS een linker bundeltakblok morfologie heeft, wordt toch best CRT geprobeerd, mits maximale farmacologische blokkade van de atrioventriculaire doorgeleiding om een zo hoog ventriculair pacing percentage te bekomen. Indien dit farmacologisch niet lukt (met bèta-blokker, digoxine, amiodarone), kan een Hiss-bundelablatie gedaan worden.
Secundaire preventie van plotse dood:
Dit is preventie van plotse dood na reeds een doorgemaakt event van:
Primaire preventie van plotse dood:
Dit is een preventieve implantatie van een ICD zonder dat er vooraf ooit een event of ernstige ventriculaire ritmestoornis werd gedocumenteerd bij een patiënt met een onderliggend chronisch ernstig hartlijden met een verhoogd risico op plotse dood, zoals een:
En een verwachte levensverwachting van meer dan 1 jaar in een goede algemene, functionele toestand.
Er mag geen CRT geïmplanteerd worden bij:
Er mag geen ICD geïmplanteerd worden bij: